De tentoonstelling SPIEGEL van Peter Geerts staat t/m 14 december 2019.
Peter Geerts over dit werk: ‘In de tentoonstelling SPIEGEL laat ik, naast een autonoom abstract werk, een selectie zelfportretten zien die ik het afgelopen jaar maakte (elke week één!)
Ik ben een abstract schilder, maar heb de liefde voor het portret/modeltekenen en schilderen altijd bij me blijven dragen. Af en toe heb ik weleens een portret gemaakt en ik geef ook al jaren portret en modelcursussen. Zo is het project ook ontstaan: in eerste instantie als “voorbeeld” of “instructiemateriaal”.
Zodra ik met SPIEGEL begonnen was, kwam spontaan het idee op om een jaar lang elke week een zelfportret te maken in verschillende technieken. De ene wat meer uitgewerkt, de ander een spontanere schets, weer een andere in lijn. Dit alles heel organisch en spontaan laten ontstaan, zonder planning vooraf.
Toen mij van verschillende kanten gevraagd werd (de meeste collega’s kennen mij als abstract werkend kunstenaar) om de zelfportretten allemaal in een tentoonstelling gezamenlijk te laten zien, was ik in eerste instantie een beetje verrast: met deze bedoeling waren ze niet gemaakt. Maar om ze op een plek tezamen (een oppervlakte van zo’n 3 x 5 meter) te laten zien tegenover een abstract autonoom werk van dezelfde afmeting, ja, daar voelde ik wel voor!
Zo reageerde Hans Overvliet van ruimteCAESUUR enthousiast op dit project en nodigde me uit om dit concept uit te werken voor deze presentatieruimte hedendaagse kunst.
Natuurlijk kan ik geen autonoom werk van 3×5 , tegenover alle portretten (gezamenlijk 3×5) laten zien in ruimtecCAESUUR, maar het concept kan ik wel laten zien.
De tentoonstelling noem ik SPIEGEL, omdat alle portretten voor de spiegel zijn ontstaan. Dus niet naar een foto of computerbewerkingen, maar ouderwets met het oog in de spiegel kijken. De titel verwijst ook naar het autonome werk, zoals ik dat maar even tegenover de figuratieve zelfportretten noem, dat immers ook een spiegel van mezelf is: een vormgeven van mijn visie op mijn waarneming. Een waarneming waarin alle facetten als een totaliteit probeer zichtbaar te maken in een zuivere autonome schilderkunstige benadering, waarin zowel ruimte is voor het overdenken, maar ook voor het spontane.
Ik streef een synthese tussen het concrete en expressieve element na in mijn werk, de laatste werken zijn meer in monochrome kleuren. Zoals de verscheidenheid van de benaderingswijze in de portretten, zo ontstaan ook de abstracte werken: er is een uitgangspunt, maar het werk ontstaat al wegende en wikkende, gedurende het schilderproces zelf.’